“Mijn ribben, mijn schouders, alles doet zeer”, vertelde Van de Laar. “We hebben zo hard gereden vandaag, gemiddeld dik boven de 100. Dan wordt het wat makkelijker, maar zelf hebben we er meer van te lijden. Geeft niks, het resultaat is er naar. Tweede truck, dat is hartstikke mooi.”
De etappe van Foum Zguid naar Assa omschreef Van de Laar als “een supersnelle, met geweldig mooie paden”. Dat die paden bezaaid lagen met stenen en dat de DAF daardoor alle kanten op stuiterde – tja, dat was dan maar zo. “Als je harder rijdt, wordt dat vanzelf wat vlakker, want je raakt niet meer alles. We hebben een paar flinke jumps gemaakt, maar de truck doet het fantastisch. Hij stuurt goed, hij veert goed, er mankeert niks aan. Meer dan het gebruikelijke onderhoud hoeven de monteurs niet te doen, voor zover ik het kan zien.”
Dat onderhoud is wel nodig, want morgen staat de langste special van de rally op het programma: 500 kilometer.